Wicky Verbeek
De redactie van Eikonikon is zeer verheugd dat Vader De Caluwé (eveneens de auteur van ons ‘Lexikon Eikonikon’) erin heeft toegestemd dat wij zijn boekwerk over de ikonostase in ons tijdschrift publiceren. Gezien de omvang zal dat gebeuren in een aantal afleveringen. De tekeningen bij de tekst zijn allen van de hand van de schrijver; waar nodig en mogelijk door de redactie aangevuld met nieuw beeldmateriaal.
Een portret van de auteur
Robert de Caluwé werd geboren op 6 mei 1913 in het Zeeuws-Vlaamse Sas van Gent als zoon van hoofdonderwijzer Henri de Caluwé en de in Sint-Amandsberg geboren Stephanie Ryckaert.
Na de lagere school studeerde hij aan de Bisschoppelijke Kweekschool der Broeders van Oudenbosch. In 1931 werd hij benoemd als onderwijzer aan de Sint-Michaelschool in zijn geboortestad waar hij ook de scoutsbeweging opstartte en betrokken was bij de stichting van de verkennersgroepen van Hulst en Sint Jansteen.
In de zomer van 1932 behaalde hij zijn hoofdakte als onderwijzer. Deondanks vertrok hij op 20 augustus 1934 naar Rome om aan de Gregoriaanse Universiteit Wijsbegeerte en Theologie te studeren.
Als alumnus van het Pauselijk Russisch priesterseminarie was hij leerling van prof. Vjateslav I. Iwanow. Hij studeerde Grieks, Kerkslavisch en Slavisch-Russische cultuur.
Op Kerstmis 1939 werd hij door Mgr. Alexander Ervreinoff tot priester gewijd in de Byzantijnse Ritus en door Kardinaal Eugène Tisserand benoemd voor zijn zending in Finland, waar hij aankwam op 23 december 1940.
Na intense studie van het niet zo gemakkelijke Fins en Zweeds werd hij ingezet als hulp in de katholieke Sint-Hendriksparochie waar hij, hoe kan het ook anders, niet alleen ingezet werd als hopman van de katholieke verkenners maar ook de zielzorg organiseerde voor de geëvacueerde katholieken uit de streek van Terijoki en Viipuri (Viborg).
Bovendien werd hij benoemd als docent Nederlands aan de universiteit van Helsinki en eveneens als leraar aan de Engelse School. Naast dit alles werd hij aalmoezenier van de Kleine Zusters van Charles de Foucauld in Helsinki en Kotka.
Gedurende de oorlogsjaren 1941 – 1944, verleende hij ook geestelijke en menselijke bijstand aan de Russische krijgsgevangenen in Finland. Sinds 1950 is hij – op basis van zijn kennis terzake – ook lid van de Heraldische Vereniging in Finland en in 1990 werd hij benoemd tot Wapenkoning van de Orde van de Hospitaalridder van Sint Jan van Jerusalem (OSJ).
Tijdens zijn verblijf aan het Russicum in Rome (1939 – 1940) was hij gefascineerd geraakt door de wondere wereld van de ikonen in de Byzantijnse kapel van het instituut waarvan de ikonostase geschilderd was door Grigori Mal-tsef van de kunstacademie van Sint Petersburg.
Toen Maltsef in 1913 de Prix de Rome kreeg, vertrok hij naar Rome, waar hij, bij het uitbreken van de Eerste Wereldoorlog in 1914, geïnterneerd werd.
Robert de Caluwé werd in Rome geleidelijk hulp, tolk en leerling van de eveneens in Rome verblijvende Pimen Sofronof, die zelf zijn opleiding genoten had bij Gavriil Frolof, de geestelijk leider van de Oudgelovigen, die streng vasthielden aan de traditionele codex in de ikonografie. Hij had in Riga een ikonenwerkplaats waar streng de hand werd gehouden aan de oude ei-tempera techniek.
Het schilderen van ikonen waagde Robert de Caluwé onder de deskundige leiding van deze Pimen Sofronof, die naar Rome uitgenodigd was om een ikonostase te schilderen voor een in 1942 te houden ‘Wereldtentoonstelling van Christelijke Kunst’, die in de galerijen van het Vaticaan zou plaatsvinden. Door het uitbreken van de Tweede Wereldoorlog in 1940 kon deze tentoonstelling niet doorgaan. Deze ikonostase bevindt zich nu in de gebouwen van de Oosterse Congregatie in Rome.
Robert de Caluwé stelde zijn eerste ikonen ten toon in Helsinki in 1942/1943 op de ‘Tentoonstelling der Jongeren’, waar hij hele goede kritieken kreeg.
Daarna volgde meerdere tentoonstellingen van zijn ikonen zoals in Duitsland (Holthausen, Koblenz), Zweden (Swedish Lutheran Church Cultural Institute) en op diverse locaties in Nederland. Tot zijn opmerkelijkste werken, naast talloze kleine ikonen, behoren het Ontzagwekkende Kruis (274 cm) in het diocesane centrum van Härnosand in Noord-Zweden en de triptiek in de Diakoniskole bij Oslo waarop een majestueuze Christus de evangelietekst toont ‘Wat gij voor de minsten van de mijnen hebt gedaan, dat hebt gij voor mij gedaan’ (Mt. 25,40), tekst die op de zijpanelen geïllustreerd wordt in de werken van barmhartigheid.
Tevens schreef en publiceerde hij ook een 20-tal boeken en geïllustreerde studies waarvan een aantal vanuit het Fins ook in het Zweeds, Duits en Nederlands zijn vertaald.
In 1950 kreeg hij de gelegenheid in Rekola, ten noorden van Helsinki, een kleine houten kerk te bouwen en deze kerk, volgens de gerespecteerde codex der traditie van Novgorod, met ikonen te voorzien.
In 1962 vroegen vrienden en studenten van de Kunstacademie van Helsinki hem opgeleid te worden in het ikonenschilderen, een initiatief dat geleidelijk uitgroeide tot georganiseerde cursussen die nu regelmatig gegeven worden in de grote en minder grote steden van Finland en Zweden.
Sinds 1975 geeft Vader Robert cursussen in Nederland en België. De organisatie is in handen van Vera Eikon, de vriendenkring rond Vader Robert. Uit deze vriendenkring is overigens ook ons blad EIKONIKON ontstaan. De oudste nummers heetten nog ‘Vera Eikon’. Toen het blad veel abonnees kreeg buiten deze vriendenkring, is besloten om op eigen benen te gaan staan en kreeg het blad zijn huidige naam.
Tijdens de cursussen van Vera Eikon geldt heel sterk het respect voor de Oosters-orthodoxe traditie en het daaraan ondergeschikt maken van de eigen, individuele ideeën. Er wordt les gegeven in het schilderen volgens de Russische traditie. Dit betekent o.a. dat de verf nat op het geprepareerde paneel wordt aangebracht. Begonnen in Hoeven in Centrum Bovendonck met één cursus van een week per jaar, is de schildercursus, mede door het groeiende aantal belangstellenden voor het schilderen van ikonen, uitgebreid naar momenteel drie cursussen per jaar, welke cursussen tot op heden gegeven worden in ‘Huize Elisabeth’ bij de Zusters Franciscanessen, Sint Nicolaasstichting in Denekamp.
In 1963 begon Robert de Caluwé, samen met zijn Oostenrijkse collega Theodor Rohner – die later als missionaris naar Zuid Amerika vertrok – en met de praktische hulp van KAJ-ers uit het Bisdom Breda en Oostenrijk en van de Bouwgezellen van Kolping, het Eucumenisch Centrum van Espoo (25 km. N.W. van Helsinki) te bouwen.
Sindsdien is dat een ontmoetingsplaats geworden voor zowel lutheranen als katholieken en orthodoxen, die er deelnemen aan de kerkdiensten in de Byzantijnse ritus en, nadien, aan de legendarisch geworden ontbijten die door Sirkku Lehtinen, een reïncarnatie van de dienstmaagd des Heren, worden georganiseerd. Vele naar Finland geëmigreerde Russen, die er met Vader Robert in hun moedertaal kunnen spreken, én anderen met een mooie stem, hebben een kerkkoor opgebouwd dat van de kerk, waarin de ikonostase door Vader Rob werd geschilderd, een hemelse plek hebben gemaakt die elk jaar door ca. 12000 gelovigen en anderen uit binnen- en buitenland bezocht wordt.
Robert de Caluwé ziet zijn activiteit als schilder en leraar als ‘een middel om de gedachte van de Oecumene te verspreiden. Door contact met de ikonen leert men de spiritualiteit van de Orthodoxe kerken van het Oosten beter waarderen. Men komt tot het inzicht dat er andere wegen naar Christus bestaan dan de wegen van de eigen kerk’.