Katastrofale brand op Athos

Katastrofale brand op Athos

Wim van Loon

Was dat schrikken. ‘Brand op de berg Athos’ meldden zelfs de Nederlandse media begin maart. Dan moet het wel ernstig zijn. En inderdaad, het was ernstig. Het ging niet om een grote bosbrand, zoals veertien jaar geleden, maar om brand in het 800 jaar oude Servisch-orthodoxe klooster van Chilandari. Een ramp voor de 25 monniken, die ongedeerd het brandende complex konden verlaten. Een ramp ook voor de Heilige Berg en de gehele Servisch-orthodoxe gemeenschap, waar ook ter wereld. En zelfs een ramp voor het gehele orthodoxe christendom. Volgens het officiële verslag van de brandweer is een schoorsteenbrand in het kantoor van de abt de oorzaak van de brand.

athos4De vlammen verwoestten ruim de helft van het beroemde klooster. Het vuur verspreidde zich, geholpen door een stevige wind, via de houten dakconstructie razendsnel van west naar oost. De gehele noordkant van het klooster ging zo verloren. Alleen de stenen buitenmuren staan nu nog als een kaal geraamte overeind. De voorlopige berichten luiden verder dat oude monniks cellen, vier kapellen met zeventiende- en achttiendeeeuwse fresco’s en ikonen verloren zijn gegaan. Ongeveer 60 procent van de accommodatie, waaronder de cel van de abt en de gastenverblijven, die stamden uit 1821 en onlangs geheel waren gerenoveerd, ging in rook op.

athos1Toen het vuur in het holst van de nacht uitbrak hebben de monniken eerst hun oudere en zwakke medebroeders gered. Samen met monniken van andere kloosters probeerden ze vervolgens het vuur te blussen en zoveel mogelijk ikonen, heilige voorwerpen en eeuwenoude kostbare erfstukken te redden. Desondanks zijn veel kloosterschatten in het vuur verloren gegaan. De hoofdkerk, gewijd aan de Opdracht van de Moeder Gods in de Tempel, de bibliotheek, het archief en de schatkamer zijn gelukkig gespaard gebleven. Ook de beroemde Tricheirousa Moeder Godsikoon (met de driehanden) werd gered.
Zo’n 60 brandweerlieden slaagden er uiteindelijk na vele uren in de brand onder controle te krijgen. Maar waakzaamheid bleef geboden. Drie dagen na de brand voorkwamen monniken die brandwachtdienst hadden een nieuwe ramp. Door op tijd in te grijpen verhinderden zij dat smeulende resten van de houten vloeren het klooster opnieuw in vuur en vlam zetten.

athos2De aangerichte schade is enorm. Dat was bij daglicht pas goed te zien. Volgens eerste schattingen zijn er minstens zeven jaar restauratie en zo’n zeven miljoen Euro nodig. Jugoslav Vukadinovic, consul-generaal van Servië en Montenegro in Thessaloniki, was samen met Dusan Batakovic, ambassadeur van Servië-Montenegro in Griekenland, een van de eerste bezoekers van de rampplek. Volgens hem bedraagt de materiële schade wel 10 miljoen Euro en duurt de restauratie en herbouw wel tien jaar. Hij was diep onder de indruk van de ravage.

athos3De Servische regering, de Servisch-orthodoxe kerk en vele gelovigen hebben hun hulp aangeboden bij de renovatie van Chilandari. Voor financiële hulp is een speciale bankrekening geopend en er worden allerlei acties georganiseerd. Maar ook praktische hulp staat klaar. Zo heeft de Kikinda baksteenfabriek in Noord Servië al toegezegd de bouwmaterialen voor de wederopbouw te leveren. Het opgerichte Heilige Chilandari Klooster Fonds hoeft alleen maar de juiste benodigde informatie te leveren. Verder zijn er ook (dak)bouwers nodig en deskundigen voor het conserveren en restaureren van bijvoorbeeld de muurschilderingen die tijdens de bluswerkzaamheden (water)schade hebben opgelopen. Prioriteiten bij de wederopbouw zijn de opening van de schatkamer en het overdekken van de slaapgelegenheden. De Griekse regering heeft beloofd hier financieel bij te springen.

De Heilige Raad heeft aangegeven dat het klooster geen pelgrims, journalisten en helpwilligen kan ontvangen. Eerst moeten specialisten een plan van aanpak opstellen en de precieze schade vaststellen, zodat een lange termijnplanning voor de restauratie gemaakt kan worden. De monniken werken hierbij onder meer samen met het Griekse Centrum ter Bescherming van het Erfgoed van de Heilige Berg (KEDAK).
Toen de monniken weer een liturgie konden vieren droegen ze als eerste de Tricheirousaikoon het katholikon in. “Bedekt met as en verbrand door het vuur baden de monniken met tranen in hun ogen tot God”, vertelde de (Servische) monnik Simeon geschokt. Hij behoort tot het strenge buurklooster Esfigmenou, dat veel eerste hulp had verleend. Hij zei dat de katastrofe niet is voor te stellen, zo vreselijk was het, zo’n enorme berg as. Hij zei verder dat de monniken probeerden alles dat het vuur had overleefd uit de as te halen, in de hoop het te kunnen herstellen.

Ook Dusan Batakovic was geschokt. Hij zei dat hij nog nooit in zijn leven zoiets vreselijks en droevigs had gezien. ‘De tranen van de monniken zijn het moeilijkst. Het was hun thuis, hun alles. Het vuur verteerde alles wat zij in hun cellen hadden. Ze zijn achtergebleven met alleen hun kleding, zonder hun kostbaarste memento’s. Het minste wat wij, christenen, kunnen doen is goede hulp bieden. Het is een bijzonder toegewijde broederschap. Ze redden, wat ze redden konden uit het vuur. Desondanks werd in twee uur tijd acht eeuwen geschiedenis vernietigd’.

En alsof één brand al niet erg genoeg was vloog op het einde vandiezelfde maand maart ook nog de klokkentoren van de tiendeeeuwse Protatonkerk in de hoofdplaats Karyes in brand. Monniken en pelgrims slaagden er gelukkig in het vuur te doven, voordat het naar de kerk zelf, de oudste op Athos, kon overslaan. De oorzaak van deze brand en de schade is nog niet bekend.

412