Waarom zijn de achtergrond en de rand van ikonen vandaag de dag vaak zo bleekjes?

Waarom zijn de achtergrond en de rand van ikonen vandaag de dag vaak zo bleekjes?

Over slechte restauraties van ikonen

Karel Rimanque

hierarchenWit oogt mooi op een ikoon, volgens de hedendaagse smaak van de modale ikonenliefhebber. Een heldere achtergrond of rand doet het koloriet van de ikoon deugd. Een ongeschonden oude preparatielaag met een fijn craquelé is fraai, toegegeven.

Op tentoonstellingen en in galeries zie ik regelmatig oude ikonen die er zo uitzien. De vraag rijst of dit hedendaagse uitzicht van deze ikonen wel is verantwoord. Is het oorspronkelijk of het resultaat van een terechte ingreep van een gewetensvol restaurateur?

Men mag aannemen, dat in Rusland na de 16e eeuw zeer lichte achtergronden en randen op ikonen nauwelijks nog voorkomen, behalve op ikonen die stammen uit een atelier van oud-gelovigen, waarin naar oudere tradities werd gewerkt. De meest voorkomende achtergronden en randen vanaf de 17e eeuw zijn bruin van kleur, van oker tot koude, donkere omber; soms is de rand zelfs zwart. Goudblad, goudkleurig opgewerkt zilverblad en groen op de achtergrond komen ook voor, naast gestileerde wolkjes en heldere blauwe luchten. Waarom hebben de achtergrond en de rand van zovele Russische ikonen die vandaag worden aangeprezen als stammend uit de 17e, de 18e of de 19e eeuw dan het uitzicht van oud ivoor?

Het antwoord ligt voor de hand: dit oogt fraaier voor vele hedendaagse liefhebbers. Navolgend verhaal is authentiek. Het overkwam een ikonofiele vrouw. In een galerie toont ze belangstelling voor een indrukwekkende ikoon. Een bediende van de galerie stelt spontaan voor, dat de achtergrond kan worden verwijderd. Op haar fout begrepen protest volgde dit antwoord: ‘Wij kunnen het ook zo regelen, dat de achtergrond wordt aangepast aan uw interieur’. Grover vandalisme kan nauwelijks!

Massaal werden de jongste decennia oude Russische ikonen op deze wijze nodeloos verminkt. Ook de voor een ikoon zo belangrijke inscriptie ging daarbij dikwijls verloren. In andere gevallen werd ze bewaard in een balkje met de oorspronkelijke achtergrondkleur. Dit is veeleer een uithangbord, dan een opschrift.

Waarom werd dit gedaan? De belangen van de handel gingen hand in hand met een gemakkelijke oplossing voor restaurateurs met een zwak gevoel voor deontologie. Met afbijtmiddelen de preparatielaag blootleggen is gemakkelijker dan het tijdrovend proces van voorzichtige reiniging om nog te zwijgen van de verwijdering van latere overschild-ringen en het herstel van de oorspronkelijke staat.

mandylionWil dit zeggen dat het bloot leggen van de achtergrond of zelfs van het paneel nooit verantwoord is? Deze steeds te betreuren ingreep kan nodig of redelijk zijn. Enkele voorbeelden: de ikoon is bekleed met een basma van koper of zilver dat oxideerde; schimmel kan de schilderlaag en ook de preparatielaag eronder zo hebben aangetast, dat conservatie van het oorspronkelijke niet meer mogelijk is. Vaalgrijs geoxideerd zilverblad kan niet worden verhelderd. Verwijdering ervan benadert beter het oorspronkelijke uitzicht. Wanneer goudblad werd gehecht op rode bolus en het goud sterk is beschadigd, kan het plaatselijk verwijderen van de bolus een beter geïntegreerd beeld opleveren, zonder verlies van waardevol oorspronkelijk materiaal. Brand kan indringende schade hebben veroorzaakt.

De gevallen waarin deze ingrepen zijn verantwoord, zijn echter minder talrijk dan de nodeloze en onomkeerbare verminkingen uitgevoerd in strijd met alle regels van een verantwoorde restauratie die op de eerste plaats moet gericht zijn op de ondersteuning en het behoud van het oorspronkelijke.

Een gewetensvolle restaurateur kan deze onomkeerbare ingreep eenvoudig verantwoorden met werkfoto’s die de ikoon steeds kunnen vergezellen. Om een einde te maken aan deze hedendaagse vorm van subtiel ikonoklasme zouden musea en andere organisatoren van kijktentoonstellingen onverantwoord gestripte ikonen kunnen weigeren. De ikonenhandel kan deze dubieuze praktijken ontmoedigen. Restaurateurs moeten beseffen dat ze verantwoording zijn verschuldigd aan het object onder hun hand, veeleer dan aan hun opdrachtgevers.

 

138